zaterdag 24 december 2022

Een nieuw jaar, een nieuw begin

Ik deed verslag van de moord op Theo van Gogh, ging in allerijl naar Schiphol toen een vliegtuig van Turkish Airlines was neergestort, stond aan de rode loper voor het Boekenbal, volgde heel veel demonstraties (waarbij ik de laatste tijd het wantrouwen richting de media ervoer), stond met Ajax op het bordes van de Stadsschouwburg voor een huldiging (en kon even later net op tijd wegduiken voor het waterkanon toen het uit de hand liep), coördineerde de inhuldiging van koning Willem-Alexander (en stond op de dag zelf om 5 uur ’s ochtends op de Dam bij de eerste Oranjefans), was bij de Dodenherdenking toen de Damschreeuwer van zich liet horen maar ook op een lege Dam op 4 mei tijdens de coronacrisis, schreef over de vreselijke vliegramp met de MH17 en ging naar de eerste herdenkingsbijeenkomst voor de slachtoffers waarbij er maar geen einde kwam aan al die namen, was bij meerdere uitvaarten zoals die van Leger des Heils-majoor Bosshardt en Jan Wolkers, reed als een van de eersten mee met de Noord-Zuidlijn, schreef over het overlijden van burgemeester Eberhard van der Laan, stond in een persvak op de landingsbaan van Schiphol toen toenmalig president van Amerika Barack Obama landde, deed verslag van meerdere gemeenteraadsverkiezingen, volgde úrenlange raadsvergaderingen, ging naar grote en kleine rechtszaken, zat in veel bootjes tijdens Sail, deed verslag van de moord op Peter R. de Vries, volgde vanaf het begin de Zwartepietendiscussie, regelde met appeltaart een eersterangsplek langs de Canal Parade, was erbij toen burgemeester Femke Halsema namens Amsterdam excuses maakte voor het slavernijverleden, nam een kijkje achter de schermen bij de restauratie van de Nachtwacht in het Rijksmuseum, schreef over de te drukke stad en overlast van rolkoffers en zag heel veel schiet- en steekpartijen en handgranaten voorbij komen.

Zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan. Ik schreef in totaal 12.337 artikelen over Amsterdam. Na al die jaren volgde ik het nieuws in de hoofdstad nog altijd met heel veel plezier, verwondering en soms afschuw. Toch lonkte een nieuw avontuur, want buiten Amsterdam gebeurt nog veel meer. Daarom verander ik op 2 januari van functie binnen het ANP, als verslaggever in het nieuw op te zetten Team Nieuws van de Dag. De naam zegt het al; we doen dagelijks verslag van het verhaal van de dag (denk aan groot opkomend nieuws en onderwerpen die veel aandacht krijgen in de media). Ik heb veel zin in dit nieuwe avontuur, vind het leuk iets nieuws op te zetten en mijn horizon te verbreden.

En tegelijkertijd ben ik ook een beetje weemoedig, want wat heb ik een geweldige tijd gehad op de stadsredactie. Ik ga het missen om lekker op mijn fietsje als razende reporter door de stad te sjezen. Een geruststellende gedachte is dat het nieuws van de dag zich ook geregeld in Amsterdam zal afspelen. En dan sta ik natuurlijk weer vooraan. :-)
 

 
Foto: Olaf Kraak (tijdens de verkiezingsavond van de gemeenteraadsverkiezingen 2022)

woensdag 7 december 2022

Knallen

Café De Biertuin aan het Mercatorplein heeft vanavond een beveiliger ingehuurd. In de zaak staat even voor zessen voetbal aan. Marokko neemt het op tegen Spanje op het WK in Qatar. Voor het raam staat een handjevol ME'ers de wedstrijd mee te kijken. Binnen drink ik een kop thee, als opwarmertje voor een paar uurtjes buiten in de kou. 

Als de beslissende penalty is gevallen, sta ik inmiddels buiten. Het gejuich zwelt aan. De beveiliger van het café is ook dolblij dat de ploeg uit zijn land van herkomst heeft gewonnen. Ik spreek met hem af dat als het me straks te gevaarlijk wordt, ik weer naar binnen kan.

Overal klinkt getoeter. Door de open raampjes van voorbij rijdende auto's hangen Marokkaanse vlaggen. Scooters rijden af en aan. De claxon wordt constant ingedrukt. Dan een keiharde knal. En nog één. Vuurwerkbommen. Ik ben blij dat ik tegenwoordig standaard oordoppen in mijn werktas heb. 

Op de kruising staan mensen te joelen en te springen. Eromheen houden politie, buurtmoeders en -vaders en straatcoaches een oogje in het zeil. Ouders hebben jonge kinderen meegenomen. Ze zwaaien met vlaggen. 
Het feestgedruis wordt al snel grimmig. Een scooterrijder gaat onderuit als hij een wheelie maakt. Hij klapt precies tegen een ME-bus. Een auto die net passeert, stopt abrupt. Ik kan niet zien of de scooterbestuurder is geraakt. Vlakbij klinkt weer een harde vuurwerkbom. 

Mijn aandacht wordt getrokken naar een oud, klein, broos vrouwtje dat een paar meter verderop bij de tramhalte staat. Ze begrijpt niet dat ze zich in gevaarlijk gebied bevindt. Mijn partner in crime van vanavond, verslaggever Mascha van De Telegraaf, en ik proberen haar duidelijk te maken dat ze hier weg moet. Dat de tram even niet rijdt. Ze zegt dat ze op deze plek heeft afgesproken met haar dochter en blijft staan. Een paar jonge jongens spreken haar ook aan. "U moet hier weg mevrouw." Als ze dat niet uit zichzelf lijkt te doen, brengen we haar naar de beveiliger van De Biertuin om haar verder te helpen. 

Dan klinkt opnieuw een harde knal middenin de mensenmassa.  We besluiten iets verder weg te lopen van de menigte. Op zoek naar een veiligere plek. Al is het volgens Mascha nergens veilig. "Het is een kwestie van geluk", omschrijft ze ons inschattingsvermogen over waar we het beste kunnen staan. Ik moet plassen. Had ik maar niet die thee gedronken. Snel duik ik ergens naar binnen. De politiewoordvoerster belt op dat moment. Het is op meerdere plekken grimmig.


Een collega appt of het nog feestelijk is op het Mercatorplein. 
Tja, het is maar wat je feestelijk noemt", tik ik terug. "Ik heb wel eens leukere feestjes meegemaakt." Weer klinkt een harde knal. 

Het duurt uiteindelijk nog even voordat de politie ingrijpt. Maar ineens duiken achter ons ME'ers op in vol ornaat. We kunnen nog net door de linie heen uitwijken naar een veiligere plek met zicht op het plein. Poeh, dat is toch altijd even schrikken. 

De politie die de mensen op afstand houdt, zodat de ME charges kan uitvoeren, staat iedereen rustig te woord met hier en daar een grap. Iemand vraagt wat er aan de hand is. Een agent: "It's new years eve", verwijzend naar het geknal even verderop. Een jonge vrouw vraagt of ze er langs kan. Ze wil naar de supermarkt op het plein. De agent zegt dat dat niet gaat en dat de supermarkt waarschijnlijk dicht is. De vrouw kijkt niet begrijpend naar de tijd op haar telefoon en zegt: maar hij is toch tot 22 uur open? Als de politie uitlegt dat er charges gaande zijn, reageert ze verschrikt en maakt direct rechtsomkeert. Op zoek naar een andere winkel voor haar avondmaal. 

Even verderop zit een vrouw op de straat driftig te tikken op een laptop. Een herkenbaar beeld, want zo zit ik er ook geregeld bij als ik ergens verslag moet doen. Ik vraag haar of ze ook journalist is. Ze kijkt op en antwoordt dat ze advocaat is, dat ze niet naar haar huis kan en nog veel werk moet doen. Daarna gaat ze onverstoord verder. 

Opmerkelijk is de siervuurwerkshow die zich vlakbij het plein aandient op het moment dat de ME de boel leeg veegt. Een soort grande finale. Hoe doe je dat onder toeziend oog van zoveel politie, vragen we ons af. 

Het Duitse waterkanon, ze noemen het daar de WaWe, komt ook nog even voorbij. Deze is ingezet omdat alle Nederlandse waterkanonnen momenteel buiten gebruik zijn vanwege technische mankementen. Best onhandig, want zo'n bakbeest rijd je niet even snel op en neer. Hij blijft vast nog een paar dagen in Amsterdam, want zaterdag is de volgende wedstrijd met Marokko. 

Tegen 20.30 uur is het plein leeg. De ME trekt zich terug, de busjes blijven in de buurt. Ik loop naar de halte in de hoop dat er zo weer een tram komt die me naar huis brengt, waar een bord warm eten op me wacht. Vanuit allerlei zijstraten doemen toch weer jongeren op. De knallen zijn terug. Niet veel later lijkt het rustiger en kan ik er vandoor. Via een omweg, door stille straten, loop ik naar een halte even verderop. Daar rijdt de tram gelukkig wel. 

Na mij stappen twee jongens in. Ze vragen of ze twee haltes mee mogen rijden. De trambestuurster staat het toe en roept vanuit haar cabine: "yalla, yalla, we hebben gewonnen"! 

Intussen bereiden we ons voor op de volgende wedstrijd. Het begint een bekend scenario te worden. Ik snap niet dat het niet gewoon een feest kan zijn. Zo'n historische prestatie en dan de politie die moet ingrijpen. Dat zou toch anders moeten kunnen. 


maandag 21 september 2020

Klimaatgekkie

Of ik even een foto mag maken van haar jas. Ze gaat er uitgebreid voor poseren. Klimaat gekkie, staat er op de achterkant. “Hij is wel een succes, je bent niet de eerste die een foto maakt”, constateert ze tevreden.


Ze draagt een plastic coronamasker en staat van een afstandje te kijken naar de blokkade, die zojuist door zo’n driehonderd klimaatactivisten van Extinction Rebellion is opgeworpen op de doorgaans drukke Europaboulevard. De politie heeft de betogers net meerdere malen opgeroepen weg te gaan, maar ze zijn vastbesloten te blijven staan. Sommigen hebben zich aan elkaar vastgeketend. Een paar zitten vast in een paal. Anderen hebben zich vastgelijmd aan het asfalt, zodat het voor de politie straks lastiger is ze weg te voeren.


Ik heb dit soort demonstraties vaker meegemaakt. Een jaar geleden blokkeerden ze de Stadhouderskade voor het Rijksmuseum. Dat duurde de hele dag. Ik kan nog altijd terughalen hoe ze urenlang scandeerden: Ex-tin-ction Re-bel-lion. Het klonk daarna nog dagenlang als een soort mantra door in mijn hoofd. 


Voordat ze de weg blokkeren, wandelt een groep van zo’n veertig demonstranten eerst nog voor dag en dauw een rondje over de Zuidas. Op de voet gevolgd door de politie. “Ze blijven je verrassen”, zegt een agent. Ik zeg dat dat het werk lekker afwisselend houdt. Zijn collega: “Nou, we houden niet zo van verrassingen.” 


Dan gaat het ineens snel. Actievoerders duiken vanuit alle hoeken op, waardoor ondanks de vele politie niet kan worden voorkomen dat ze weer een weg versperren. De ‘klimaatgekkie’ deelt samen met anderen flyers uit buiten de afzetting van de politie aan voorbijgangers. Niet iedereen heeft interesse. “Ieuw, nee dat hoef ik écht niet”, gruwelt een meisje van een jaar of 18 die langs fietst. Een andere passant vraagt waarom ze niet aan het werk zijn. “Ik heb speciaal hiervoor vrijgenomen”, zegt een activist.  


Als ik in afwachting van de GVB-bussen die de betogers moeten wegvoeren, een kopje koffie drink in het naastgelegen hotel vraagt de barman zich ongerust af of hij aan het einde van zijn dienst er wel langs kan met de auto. Een agent van de bereden politie, die overigens in tegenstelling tot de verslaggever niet voor zijn koffie hoeft te betalen, stelt hem gerust. Hij verwacht dat het er gemoedelijk aan toe zal gaan en dat ze later op de dag allemaal weer weg zijn. 


Ik denk aan een half jaar geleden, toen ik ook in dit hotel was. Voor een persconferentie van Koninklijke Horeca Nederland over het opkomende coronavirus. Twee dagen later zat Nederland in een (intelligente) lockdown. Wat is er veel veranderd in het afgelopen half jaar. Zo doe ik tegenwoordig verslag van een demonstratie met een mondkapje op.


De agent uit het hotel krijgt gelijk. Aan het begin van de middag zijn alle actievoerders weer weg. De ene gaat iets sneller de bus in dan de ander. Flesjes cola komen eraan te pas om de vastgelijmde ledematen van de actievoerders los te weken van de weg (lifehack). Voor de vastgeketenden wordt een slijptol tevoorschijn getoverd.


Ik zit dan alweer lang en breed op de redactie. En in mijn hoofd klinkt het nog lang na: ‘Ex-tin-ction Re-bel-lion’. 

donderdag 4 juli 2019

Holleeder

Een uurtje voordat de uitspraak in de zaak van Willem Holleeder begint, hebben zich zo'n vijftien belangstellenden verzameld bij de rechtbank in Amsterdam. Ze mogen het vonnis niet van dichtbij bijwonen in de extra beveiligde gerechtsbunker in Osdorp, maar in de rechtbank aan de Parnassusweg kunnen ze rechtstreeks meekijken met een videoverbinding.

Het megaproces, dat zestig dagen heeft geduurd, heeft veel publieke belangstelling getrokken. Vooral op de dagen dat Holleeders zussen Astrid en Sonja een boekje over hem opendeden. Ik heb de zaak vanaf de zijlijn gevolgd. Dit soort omvangrijke processen hoort thuis bij mijn collega's van de crimeredactie, die er overigens een interessant boek over hebben geschreven: Moord, macht en angst: het proces Holleeder.

Hoewel ik me er aanvankelijk over verbaas waarom mensen voor deze uitspraak helemaal naar de rechtbank afreizen, snap ik het later toch iets beter. Dit is toch even wat anders dan thuis voor de buis - de NOS zendt het ook live uit - want op die beelden heb je geen zicht op Holleeder zelf. Op het beeldscherm in de rechtszaal zie je hem vanuit twee cameraposities op de rug, met aan beide zijden zijn advocaten. Ik denk dat we beter zicht op hem hebben dan veel mensen in de bunker.

In de zaal, waar uiteindelijk 35 geïnteresseerden een plekje hebben gevonden, is het muisstil. Af en toe fluisteren sommige aanwezigen even met elkaar, bijvoorbeeld op cruciale momenten als de rechter zegt dat de getuigenverklaringen van Holleeders zussen als betrouwbaar worden bestempeld. Ik bedenk me hoe zij zich vandaag moeten voelen.

De uitspraak duurt een uur en al gauw hebben we door welke kant het opgaat. 'De Neus' lijkt zenuwachtig, ongedurig. Terwijl hij hoort hoe de rechter zijn lot uitspreekt, wipt hij steeds naar achteren op zijn stoel en draait hij met zijn bril tussen zijn vingers. 

Als na afloop van de uitspraak de aanwezigen in de bunker applaudiseren en Holleeder zich als een speer naar hen omdraait, klinkt er wat gelach om zijn reactie in de zaal. Een man die naast me zit, blijkt docent Grieks en Latijn. Hij volgt de zaak om zijn leerlingen bij de les te houden. "Als ik hierover vertel, zijn ze gelijk alert." De docent wil bij hen het romantische beeld dat volgens hem om zulke grote criminelen heen hangt, doorbreken. "Ik wil ze vooral leren: ga niet het criminele pad op."

Ook vindt hij het interessant zich te verplaatsen in de positie van de rechter, iets dat ik herken. Het gebeurt geregeld dat ik na het horen van het verhaal van advocaten en het OM denk: blij dat ik niet op de stoel van de rechter zit.

Een vrouw vertelt me als we buiten de zaal staan dat ze Holleeder nog kent van vroeger uit de Jordaan. Het is een ietwat onsamenhangend verhaal, waarbij ze beweert dat ze nog bij hem heeft schoongemaakt in de tijd dat hij de ontvoering van Freddy Heineken voorbereidde. Ik twijfel een beetje aan de betrouwbaarheid hiervan, aangezien ze me wat warrig overkomt en neem het voor de zekerheid maar niet mee in mijn nieuwsbericht. Ze is verbaasd over het vonnis. "Ik had niet verwacht dat hij zijn vriend Cor van Hout zou vermoorden."  

Overigens is de zaak met deze uitspraak nog niet afgedaan. Zoals de bode van de rechtbank al voorspelde toen ik me bij binnenkomst meldde: er komt natuurlijk nog een hoger beroep. 's Lands meest roemruchte crimineel blijft de gemoederen dus nog wel even bezighouden.

Check hieronder nog de handgeschreven reactie van Holleeder, die zijn advocaat Sander Janssen via Twitter heeft verspreid.




vrijdag 15 februari 2019

Poep

Het zal je gebeuren. Je fietst of jogt door het Vondelpark en ineens grijpt iemand je van achteren vast en smeert poep op je gezicht. Het overkomt zeker vijf vrouwen, onder wie een meisje van 14. De vermoedelijk nog verse, lauwwarme uitwerpselen komen onder meer in hun haren, ogen, neus en zelfs in hun mond. 

De verdachte, een 42-jarige man uit Almere, ontkent dat hij hier achter zit. Tijdens de rechtszaak, waar ik verslag van doe, hoort hij de beschuldigingen onbewogen aan. Hij is naar eigen zeggen een ,,schoon persoon, die wel drie tot vier keer op een dag doucht''. 

Dat hij in het verleden eens bij zijn buren op de stoep heeft gepoept, waarop hij de uitwerpselen door de brievenbus propt en de deurklink ermee insmeert, helpt niet mee om zijn onschuld te bewijzen. Hij geeft dit incident wel toe en heeft het naar eigen zeggen gedaan omdat zijn vrouw van hem wilde scheiden en hij ,,zijn ei'' niet kwijt kon. 

Dat we hier wellicht te maken hebben met een poepfetisjist, wordt duidelijk als hij vertelt over zijn carrière bij UPC. Hij gaat hiervoor bij mensen langs de deuren en doet dan graag eerst bij hen op het toilet - dat dan weer wel - zijn behoefte in de veronderstelling dat het daarna zal lukken om een contract af te sluiten. 

En alsof het allemaal nog niet opmerkelijk genoeg is, hebben agenten tijdens observaties ook nog gezien dat de verdachte tot twee keer toe op straat poept. Daarop wikkelt hij zijn drol in een papiertje en legt het op de bijrijdersstoel van zijn auto. Vervolgens rijdt hij weg met zijn autoruit open. De rechter merkt op: wellicht vanwege de stank? 

,,Nee, ik rijd heel vaak met mijn raam open'', zegt de man stellig. Hij geeft toe dat hij op straat heeft gepoept, omdat hij het ,,echt niet langer kon ophouden''. Volgens hem doen heel veel mensen dat. Maar het vervolgens meenemen in zijn auto? Dat klopt niet, want dat zou hij nóóit doen. Laat staan er anderen mee besmeuren... 

Het is een bizar en vooral erg vies zaakje. De Telegraaf-verslaggeefster en ik horen zijn verklaringen geschokt aan, maar kunnen ons lachen door de onvoorstelbare gang van zaken soms nauwelijks onderdrukken. Het voelt alleen niet respectvol om te giechelen ten opzichte van de slachtoffers, van wie er meerdere in de zaal zitten. Ik kan me niet voorstellen hoe smerig ze zich moeten hebben gevoeld.

Voor het Openbaar Ministerie is het een klinkklare zaak. Zo is het wel erg toevallig allemaal dat juist deze meneer met zijn poephistorie als verdachte in beeld komt. Bovendien is hij in de betreffende periode geregeld in het Vondelpark te vinden, houdt hij zich daar vaak op in de bosjes op de meeste vreemde tijdstippen en voldoet hij aan het signalement. De rechters doen er alles aan om hem te laten bekennen, maar hij is standvastig en blijft bij zijn verhaal.  

Als de zitting is afgelopen en de rechtbank heeft aangekondigd dat de uitspraak over twee weken volgt, heeft de verdachte nog één vraag. Ik geloof mijn oren niet, maar hij zegt het echt: ,,Waar is hier de wc?''



maandag 11 februari 2019

Première

We kennen elkaar nog niet zo lang, als hij me vertelt over zijn droom om ooit films te maken. Ik herinner me dat ik fantaseer over een rode loper, waar we dan samen overheen lopen. Met flitsende camera's enzo. Ik natuurlijk gekleed in een prachtige designercreatie als trotse vrouw van de regisseur. 

Inmiddels heb ik al heel wat premières meegemaakt voor mijn werk en zijn die rode lopers niet meer zo magisch. Ik loop er zelfs meestal omheen als ik in mijn journalistenrol ben, om de camera's te ontduiken. Of ik sta langs de zijkant om een quootje te halen bij een BN'er. Glamoureus voelt het meestal niet. Ik trek vaak snel een jurkje aan dat ik al twintig keer eerder heb gedragen, doe een poging mijn wallen weg te werken en probeer de boel wat op te halen met een knallende lipstick. Vervolgens ruk ik me los uit het kinderspitsuur en sjees ik, meestal te laat, op de fiets of per tram naar het betreffende theater. Waar ik dan oververhit en gestresst aankom. Ik denk dan altijd aan die sterren die waarschijnlijk de hele dag in de make-up hebben gezeten om een weergaloze entree te maken.  

Maar dit keer is het anders. Al een paar weken van tevoren ben ik ermee bezig. Dozen vol potentiële outfits komen binnen via mijn favoriete online webshops voordat ik uiteindelijk kies voor de knalrode jumpsuit met dierenprint en ik ga een paar dagen van tevoren toch nog even langs de kapper. Hoewel hij inmiddels al meerdere filmprojecten heeft gedaan, is het dan nu toch echt zover. Brugklas - de tijd van m'n leven, de eerste echte officiële bioscoopfilm van mijn lief, gaat in première. Hoe bijzonder is het dat zijn droom uitkomt en dat we nu toch echt over die rode loper gaan samen. 

Bij de locatie en het tijdstip van dit feestelijke gebeuren denk je overigens niet gelijk aan glitter en glamour. De première is op een woensdagmiddag in Emmen. Een groot deel van de film is namelijk in Drenthe opgenomen en de provincie heeft een flink bedrag geïnvesteerd voor dit visitekaartje. Als ik me om 9 uur 's ochtends in mijn outfit hijs, waarvan ik me wel een beetje afvraag of ie niet te heftig is voor de nuchtere Drent, voelt het nog wel een beetje onrealistisch. En het troosteloze weer helpt ook niet echt mee. 

Hilarisch is het als we onderweg even stoppen bij een tankstation langs de A37 voor de lunch. We zijn op z'n zachtst gezegd nogal overdressed tussen de werklui en vrachtwagenchauffeurs die er een broodje bal nuttigen. Inmiddels beginnen de zenuwen toch wel een beetje te komen. Best wel een dingetje zo'n première, ook al is ie niet in Tuschinski. :-)

Als we bijna twee uur later arriveren, staan er op het plein voor het Atlas Theater al behoorlijk wat kinderen te wachten achter dranghekken langs de rode loper. We zijn vroeg en sneaken gauw naar binnen om even later met de cast alsnog een entree te maken over de rode loper. We weten niet wat we meemaken. Bij het zien van de acteurs beginnen meisjes te gillen en slaan ze hun handen voor hun mond. Ongelofelijk hoe de serie leeft en hoeveel fans er zijn. Hoewel de reis naar Emmen voor veel media iets te ver is, staan er toch nog best wat cameraploegen en fotografen klaar. We kijken vanaf een afstandje toe hoe de hoofdrolspelers het Jeugdjournaal te woord staan. De oplettende tv-kijkers sturen ons 's avonds een berichtje dat ze ons hebben gespot.
                                                                                                                                                
Drenthe heeft alles uit de kast getrokken om er een geweldige première van te maken. De enorme theaterzaal zit vol met cast, crew, familie en vooral heel veel brugklassers, die zich voor de gelegenheid hebben laten stylen. Hoe tof is het om de naam van je vriend zo groot op het witte doek voorbij te zien komen en het resultaat te zien van al het harde werken. En, niet onbelangrijk, de film wordt goed ontvangen. Trots is een understatement. 

Als we 's avonds weer terugrijden naar Amsterdam komen we langzaam terug in ons 'normale bestaan'. We bestellen thuis nog een pizza en maken ons op voor de volgende dag, die alweer voor dag en dauw begint. 

Intussen dromen we gewoon verder, want één ding is zeker: dit smaakt naar meer. Op naar nog heel veel premières!









dinsdag 12 juni 2018

It giet oan

Hij draagt een rode hoodie. Op de trui staan elf puntjes en de tekst It giet oan. Woorden waar mijn Friese hart sneller van gaat kloppen. Maar dit keer is het geen 200 kilometer op de schaats - zouden we die ooit nog eens krijgen - maar een zwemtocht langs de elf steden.

Olympisch kampioen Maarten van der Weijden krijgt een luid applaus als hij aankomt bij het hoofdkantoor van KWF in Amsterdam. Nog even bloedprikken voor allerlei onderzoeken die op hem worden losgelaten en dan kan hij beginnen aan zijn 'trainingsrondje' van 143 kilometer. Ruim anderhalve dag nonstop zwemmen van Amsterdam naar Leeuwarden ter voorbereiding op de tocht der tochten die hem in augustus te wachten staat.

De verpleegkundige van het OLVG weet niet wat haar overkomt. ,,Ik dacht dat er 'wat' foto's genomen zouden worden'', zegt ze blozend als ze alle camera's op haar en de zwemkampioen ziet gericht. Wonderwel prikt ze in één keer goed. ,,Ik trilde nét niet erg genoeg'', zegt ze zichtbaar opgelucht terwijl Maarten nog een bruin kadetje met kaas wegkauwt.

In de hal spreek ik het brein achter de supersonische zwembril die speciaal voor dit avontuur is ontwikkeld. Met behulp van licht worden de juiste stofjes aangemaakt die hem wakker en actief moeten houden in de nachten, vertelt deze man. ,,Maar je kunt hem er ook slaperig mee maken.'' Het is namelijk de bedoeling dat Maarten ook een powernap gaat doen van twintig minuten op een speciaal gemaakt vlot met een waterbed. Interessante materie. Ik vraag me af of je er ook kleine kinderen mee in slaap kunt krijgen.

Dan komt Maarten naar buiten in zijn strakke wetsuit. Een bijzonder exemplaar, onder meer voorzien van een rits bij zijn kruis zodat hij onderweg zijn behoefte kan doen. Ook heeft hij er eentje met warmtesensoren, maar die is nog niet klaar voor gebruik. In plaats daarvan slikt hij thermopillen om warm te blijven in het toch nog best koude water. ,,Heb je die thermometer al ingeslikt'', hoor ik iemand hem vragen. ,,Nee, dat doe ik morgen'', zegt hij. We hebben hier overduidelijk te maken met een bijzonder experiment. 

Op weg naar het water loop ik met hem op en constateer ik hoe lang hij is. Ik vraag of hij last heeft van zenuwen. Hij oogt zo relaxed. Dat is hij ook, verzekert hij me.

Ik probeer me voor te stellen hoe het is, zo lang zwemmen. Wat een ongelofelijke drive heb je dan. Hij heeft ook nog eens flinke tegenwind. Maar zelfs dat lijkt hem niet te deren. ,,Die golfjes kan ik wel hebben.''

Als Maarten in het water ligt, vertelt hij nog een keer waar hij het allemaal voor doet. Als ex-kankerpatiënt wil hij zoveel mogelijk geld inzamelen voor kankeronderzoek. De directeur van het KWF noemt hem een inspiratiebron voor velen. 

Dezelfde avond lig ik zelf in het water voor mijn reguliere baantjes. In een zwembad welteverstaan, want zwemmen in open water is niks voor mij (tenzij het water azuurblauw is). Ik denk aan Maarten die al uren op weg is en nu ergens op het Markermeer tegen de wind in zwemt. Naast me hupsen de dames van de aquagym op en neer. Wat een contrast. 

Na een half uur houd ik het voor gezien. Ik denk aan Maarten, die nog zo'n 36 uur heeft te gaan tegen de wind in richting Friesland. Volgens zijn woordvoerder fantaseert hij alweer over een nog uitdagender avontuur. En dat alles voor een betere en gezondere wereld. Ik heb er maar één woord voor: respect.