zaterdag 10 oktober 2015

Bliksem

,,Mama, mag de baby alsjeblieft Bliksem heten?'' Dochterlief is volop bezig met het bedenken van een naam voor haar zusje. Laura en Josefien zijn ook favoriet, zo heten de nieuwe baby's op de opvang. Van de leidsters daar hoor ik dat er elke dag suggesties de revue passeren en ook thuis is het geregeld onderwerp van gesprek. 

Nu ben ik inmiddels ruim over de helft van mijn zwangerschap, weten we dat we nog een dochter krijgen en begint de namenkwestie bij ons ook te spelen. Het is vooraf geen uitgemaakte zaak hoe we onze kids noemen en van de shortlist van onze eerste blijft dit keer weinig over. Daarom moeten er ook echt wat websites en het grote 'tienduizend voornamenboek' aan te pas komen voordat we eruit zijn.

Bij een tweede gaat alles sowieso anders. Ik ben nu bijna 24 weken zwanger en toen waren we er voor onze eerste al wel zo goed als uit. Nu begint de zoektocht bij ons eigenlijk pas en het valt niet mee om wederom de perfecte naam te vinden voor onze tweede spruit. Heel wat opties gaan over en weer als een van ons iets te binnen schiet. En even zo vaak roept een van ons heel hard: neeeeeee!

Die websites en het boek zijn trouwens hilarisch om te lezen. Wat je allemaal wel niet voorbij ziet komen. Met het gevaar dat ik mensen beledig, maar hoezo noem je je zoon Anselmus, Arbogast, Desideratus, Madelwinus of Oktaaf en je dochter Baafje, Blondina, Concepción, Lachandra of Walburga? En zo kan ik echt nog heel lang doorgaan. Wat dacht je bijvoorbeeld van Succes, Freedom, Faith-heavenly, Evangelie, D'vinejerreau en Qnaijerick? 
  
Het is in elk geval duidelijk welke namen het niet worden. Toch blijft het natuurlijk heel persoonlijk en ik weet nu al dat wat wij kiezen vast niet bij iedereen in de smaak valt. Intussen brainstormen we lekker door. Gelukkig hebben we nog even de tijd. En voorlopig houden we het op Bliksem. Als werktitel dan.

zondag 9 augustus 2015

'Gewoon Malín'

Vol verwachting pakt ze 'de verrassing' uit die ik zojuist uit de kast heb gepakt. Zomaar een cadeautje, dat is nog eens leuk. Als ze het papier eraf scheurt, roept ze blij: ,,een boek, voorlezen''! 

Het boek gaat over Saar. En er is iets bijzonders met Saar. Ze wordt namelijk grote zus. Als het boek uit is, vertellen we onze dochter dat ook zij grote zus wordt. Net als Saar. Dat mama een baby in de buik heeft. Verwonderd kijkt ze me aan. ,,Vind je dat leuk'', vraag ik. ,,Ja'', mompelt ze. Maar als vrij snel erna zegt ze: ,,ik wil geen grote zus zijn, ik ben gewoon Malín''. 

Mijn vriend en ik kijken elkaar aan. Zou ze het niks vinden, een broertje of zusje? Dat kan natuurlijk, het is toch heel wat voor een peuter. We kletsen nog even door. Ze wil mijn buik bekijken. Aait er even overheen. En dan klinkt het nogmaals: ,,als de baby er is, wil ik gewoon Malín zijn''. 

Ik moet lachen, want ik realiseer me dat ze het fenomeen 'grote zus' nog niet snapt. Dat ze denkt dat ze dan ineens heel iemand anders moet zijn. ,,Natuurlijk blijf je gewoon Malín lieve schat'', verzeker ik haar.  

Inmiddels lijkt ze al iets meer aan het idee gewend. ,,Ik wil graag een broertje én een zusje'', zegt ze als we vragen wat ze wil. Ze geeft kusjes op mijn buik, voert gesprekjes met 'haar baby' door mijn navel en komt thuis van de opvang met een tekening voor papa en mama én een speciaal exemplaar voor haar toekomstige broertje of zusje. 

Ook al is het straks vast en zeker wennen, ik weet zeker: het komt wel goed met die 'grote zus'. 






zaterdag 8 augustus 2015

E-bike

,,Ik ga een e-bike kopen'', zeg ik tegen mijn collega. ,,Een e-lek-tri-sche fiets?'', vraagt hij met een gezicht vol afgrijzen. ,,Die heeft mijn moeder ook net gekocht. Dat is toch alleen voor oude mensen?''

Ik moet bekennen dat ik er nog geen half jaar geleden ook zo over dacht. Tot ik op IJburg ging wonen. Waaiburg noemen ze het ook wel. Het waait hier altijd een paar windkrachtjes meer dan in de rest van de stad. Ik had er al rekening mee gehouden dat het niet mee zou vallen, de fietsafstand tussen huis en werk. Meer dan 10 kilometer grotendeels onbeschut met twee flinke bruggen. Ruim 35 minuten stevig doortrappen op mijn zware mamafiets. Ik deed het dapper de afgelopen maanden. Als het mooi weer was, maar vooral als het niet te hard waaide. Vaker nog pakte ik de auto. Dan was ik ook eerder op de kinderopvang. Maar voelde me hierdoor toch wat lui.

Steeds vaker kwam de optie van een e-bike voorbij. Toen ik me er iets meer in ging verdiepen, bleken het helemaal niet meer alleen van die oudelullenfietsen te zijn. Mijn zwager heeft er bijvoorbeeld ook eentje en dat is een van de sportiefste personen die ik ken. Je hebt tegenwoordig hele hippe exemplaren en het valt bijna niet op dat ie elektrisch is. Geen touwtje waar je aan moet trekken, maar een platte batterij op de bagagedrager. Met een kinderzitje er bovenop zie je er niks meer van. 

En zo begon ik langzaam aan het idee te wennen dat het misschien toch wel iets voor me is. Na een bezoek aan de fietsenwinkel was het raak. Bij de kassa stond ie te lonken. Een matzwarte Sparta (jawel) Pickup. Met een rekje voorop. De fietsenmaker zag me kijken en haalde me over een proefritje te maken. Daar ging ik. Op een winderige middag. Als een speer de brug over. En zelfs zonder motortje fietste hij nog lekker. Ik was verkocht.

,,Wacht maar, ik haal jullie straks allemaal in'', verzeker ik mijn collega's. En dat imago, daar werk ik nog wel aan. Waarop er eentje geruststellend zegt: ,,Voor mij blijf je gewoon Judith hoor''.


woensdag 8 juli 2015

Campingdisco

Het is zomer 2015 en ik heb een déjà-vu. We zijn uitgenodigd voor een feestje op de camping waar we vertoeven, ter gelegenheid van het begin van het seizoen en bovendien het 50-jarig bestaan. De professioneel uitziende uitnodiging die de eigenaresse persoonlijk op onze kampeerplaats langsbrengt, belooft veel goeds. Een gedrukt exemplaar in kleur. Niks geen smoezelig A4'tje aan de muur van het wasgebouw. 

Vol verwachting gaan we een half uurtje na aanvang naar het restaurant, waar het feestgedruis plaatsvindt. We hebben dan al de halve camping aan ons voorbij zien trekken, dezelfde kant op. De meesten stipt op tijd, stel dat ze iets missen. Als we arriveren, is het terras dan ook al goed gevuld, zit iedereen aan een glas zelfgemaakte punch en brengt het personeel schalen met hapjes rond. De kok maakt een reusachtige schaal paëlla. Ook aan de muzikale omlijsting van het geheel is gedacht. Een al wat ouder duo, vermoedelijk een echtpaar, staat gekleed op zijn paasbest achter de microfoon. Ze zingen het repertoire dat ze waarschijnlijk al dertig jaar doen, begeleid door een keyboard. 

De voornamelijk gepensioneerde campinggasten 
(dat heb je in het voorseizoen) komen na een paar 
plastic bekertjes punch al in de stemming. En als het 
duo een paar nummers later de sirtaki inzet, gaan 
de voetjes van de vloer. De ene na de andere hit 
wordt ingezet en de dansende gasten kennen er allerlei choreografieën op. Hun blikken zijn geconcentreerd en bloedserieus. Ook de aloude cha-cha-cha en foxtrot komen voorbij. We kijken onze ogen uit. 

Na zo'n anderhalf uur (inclusief een lange pauze) houdt het zingende echtpaar het voor gezien en neemt een dj het over. Hij heeft er zin in, deze toch zeker 50-plusser, die zijn hooggeblondeerde, gepermanente vrouw in tijgerjurk heeft meegenomen. De muziek gaat vijf tandjes harder en monsieur de dj brult zelf lekker mee door de microfoon. 

Ik waan me terug in de jaren '90. Toen ik nog kampeerde met mijn ouders of later, toen ik zelf hele seizoenen op Franse campings doorbracht voor vakantiewerk. Tot mijn verwondering ontdek ik dat de campingdisco van tegenwoordig nog precies hetzelfde is als twintig jaar geleden. Inclusief dezelfde hits als Alane van Wes, Don't You Want Me van The Human League en Take On Me van A-ha. 

Mijn dochter van drie maakt het niks uit en swingt er lekker op los. We horen de muziek nog tot laat als we allang weer terug zijn bij de tent. En al hoe fout ook, het roept bij mij toch wel stiekem een ultiem soort vakantiegevoel op...:-) 



zondag 17 mei 2015

Inspiratie


Het ontbreekt me de laatste tijd aan inspiratie. Ik verslons daardoor mijn weblog. Heb zelfs de eerste verjaardag van EenGoedVerhaal zonder blog voorbij laten gaan. Dat kan natuurlijk niet.

Eigenlijk is het vooral een gebrek aan tijd. Of beter gezegd: andere prioriteiten. Denk niet dat ik niks meer meemaak. Dat ik, nu ik op IJburg woon, achter de geraniums ben beland. Mijn avonden doorbreng met het louter kijken van tv-programma’s als Help mijn man is klusser en Hotter than my daughter.

Maar wat doe ik dan? De avonden vliegen voorbij. Met surfen. Op internet. Naar badkamermeubels, keukens, vloeren, behangetjes, tuinsets, schuttingen, deuren. Het houdt maar niet op. Want tjonge, er komt wat kijken bij zo’n nieuwbouwhuis. Ze zijn nog niet eens begonnen met de bouw, maar nu al moet je over van alles een beslissing nemen. Het kan maar vast geregeld zijn. Leuk is het wel, die voorpret.

En dan komt er ook nog een vakantie aan. Niemand die zo kritisch is op het vinden van een leuke stek als ik. Een camping in de Franse Languedoc moet het dit keer worden. Avonden struin ik Zoover en andere sites af. Weinig voldoet aan mijn eisen. Teveel stacaravans, te diep kinderbad, ongezellig restaurantje, aan een drukke weg, vies sanitair, overlast van een langs denderende trein, te groot, te ver van het strand. Het is ook zo lastig oordelen vanaf de bank. Want al die meningen moet je vaak ook met een korrel zout nemen. Uiteindelijk kiezen we drie potentiële kanshebbers en gaan we op de bonnefooi. Dat kan gelukkig buiten het seizoen.

En bij kamperen hoort een uitrusting. Een elektrische koelbox willen we. Via Marktplaats vind ik een ‘zo goed als nieuw’ exemplaar. Dezelfde als die we vorig jaar van mijn zusje hebben geleend. Prima ding. Dolblij ben ik met dit koopje. Tot ik hem thuis aansluit op het stopcontact. Wat maakt dat ding een kabaal! Alsof je een stofzuiger aanzet. Dit kunnen we onszelf en onze naaste buren niet aandoen. Het blijkt een bekende eigenschap van dit type, zo wijst een rondje internet uit. Dus hup, maar weer op Marktplaats. Wat volgt is weer een dagenlange zoektocht naar een geruisloos exemplaar. Je zou bijna weer voor de oldschool koelelementen gaan. 

Medelijden hoef je niet te hebben hoor. Ik zit op dit moment namelijk in de zon op ons nieuwe dakterras. Het voelt een beetje als vakantie. Ik geloof dat ik me zo maar eens op de zitzak vlij. Met een stapeltje woonbladen, dat dan weer wel. Maar intussen heb ik wel mooi een nieuwe blog getikt. En de volgende laat niet zo lang op zich wachten. Beloofd.    



woensdag 11 februari 2015

IJlander

De handtekeningen zijn gezet. We hebben een nieuw huis. Wat we een half jaar geleden nooit hadden kunnen bedenken, is nu een feit. We worden eilanders. Op IJburg.* Oftewel: IJlanders. 

,,Ik ga echt nooit op IJburg wonen.'' Ik hoor het mezelf nog zeggen. Niet eens zolang geleden. Véél te ver van de stad. En sáái. Maar nu ben ik om. Niet zomaar van de een op andere dag hoor. Daar is wel een proces aan voorafgegaan. Avonden lang hebben we erover geboomd. 

Het was eigenlijk ook helemaal niet de bedoeling. Ons huis ging in de verkoop, want we hadden interesse in Noord. Maar daar liep het allemaal niet zo snel als verwacht en dan ga je verder kijken. We togen naar IJburg voor een informatiemarkt over een heel ander project. Maar dat viel een beetje tegen en ineens liepen we hier tegenaan. Mooie, stoere huizen, op een fijne plek. We reden er langs en het voelde lang niet gek. We stonden er zelf een beetje van te kijken. 

Als de verkoop begint, schrijven we ons in. We zien wel hoe het loopt, besluiten we. Nee zeggen, kan altijd nog. Misschien zitten we er wel niet eens bij. Zo'n 750 anderen hebben namelijk ook belangstelling getoond. Voor 31 huizen. We passen een uitgekiende strategie toe bij het kiezen van de woningen. Vijftien voorkeuren mogen we aangeven. Begin januari horen we meer. Maar op de dag voor kerst, zo'n anderhalf uur na de deadline voor inschrijving, gaat de telefoon. De makelaar. ,,Gefeliciteerd, jullie hebben het huis van jullie eerste voorkeur.'' Huh? Nu al? We geven elkaar een highfive. We did it! 


Maar dan begint het. Willen we dit eigenlijk wel? Zien we onszelf daar wel wonen? Want we vinden het toch zo ver? Menig discussie volgt. Lijstjes met voor- en nadelen komen op papier. Rondjes rijden door de wijk. Koffie drinken in de nabijgelegen espressobar. Op de fiets er naartoe. Niet iedereen in onze omgeving snapt ons getwijfel. ,,Je hebt je toch ingeschreven? Het is toch een mooi project?'' 

Langzaamaan vallen de stukjes op zijn plek. En raken we enthousiast. We besluiten ervoor te gaan. Ergens in het voorjaar van 2016 moet het huis er staan. We kunnen dus nog even aan het idee wennen. En die afstand? Daar leer ik wel mee leven. Voordeel van zo ver fietsen: ik hoef straks nooit meer naar de sportschool! 








* Voor de niet Amsterdammers: een buitenwijk van Amsterdam. 

zondag 18 januari 2015

Terschelling

,,Ik zou hier best kunnen wonen'', zegt mijn vriend tijdens een wandeling over het strand. We zijn op Terschelling, ons favoriete waddeneiland. Eens per jaar probeer ik hier te zijn. Ik voel me hier thuis. Op de boot al laat ik het dagelijkse leven achter me. Het genieten kan beginnen. De bijzondere sfeer, het eilandgevoel, de prachtige vergezichten over zee, de kleurrijke duinen, het gigantisch brede strand, de stoere Terschellingers, de knusse cafeetjes, de authentieke dorpjes, de leuke 'anders-dan-anders' winkeltjes... 

Als we op de eerste avond West inlopen, zien we dat de nieuwe burgemeester die dag is geïnstalleerd. Een voormalig wethouder uit Drenthe. Later treffen we hem in het restaurant waar we eten. Geïntrigeerd ben ik door het gezelschap een paar tafels verderop. Hoe zou het zijn om als outsider op zo'n eiland te komen wonen?


Dezelfde avond kijken we op Funda. Niet naar huizen in Amsterdam, maar naar optrekjes op Skylge*. De prijzen zijn overigens vergelijkbaar. Maar oh oh, wat woon je hier mooi.
Het laat ons niet los. Het komt vast door onze huidige huizenzoektocht. Het hele weekend mijmeren we over hoe het zou zijn. De rust, de ruimte, het gebrek aan hectiek, een walhalla voor kinderen, het feit dat je je fiets op een enkel slotje kunt zetten, de ruimschoots aanwezige horeca. We zien een stressloos leven voor ons. Maar, niet onbelangrijk, waar moeten we ons geld mee verdienen? 


Ik fantaseer over een succesvolle reeks kinderboeken, een festivalletje opzetten, correspondentschap vanaf het eiland of een webwinkel. Vriendlief denkt aan een baantje achter de bar of een pied a terre in Amsterdam om tv te kunnen blijven maken. En dan monteren op het eiland.


We dromen en we dromen. En we dromen en we dromen. Aan wal worden we weer wakker. Terug naar de realiteit. Dag Terschelling. Wat was je weer fijn!




















*Skylge is Fries voor Terschelling

vrijdag 2 januari 2015

Vakantiepark

Het klonk als de ideale oplossing. Tijdelijk op een vakantiepark wonen tot we wat meer zekerheid hebben over een nieuw huis. Een huis huren in Amsterdam doe je namelijk voor minimaal een jaar. De pinnige telefoniste van Ymere is onvermurwbaar als ik bel en vraag of er ook andere opties zijn. ,,Tja, wat wil je liever? Half december op straat staan of een huis huren voor een jaar.'' En: ,,Een dubbele hypotheek is nog altijd erger dan zes maanden te lang huur betalen.'' Flabbergasted hang ik op. Had ik om haar mening gevraagd? 

Dus kiezen we voor het vakantiepark. Vlakbij Amsterdam. In een mooi natuurgebied. Met zwembad, sauna, brasserie. Twaalf weken vakantiegevoel. Niet slecht, zou je zeggen. We zien er de lol wel van in. Oké, het huisje is met vijftig vierkante meter wat aan de kleine kant. Je moet 's ochtends wat eerder je bed uit en een stukje verder rijden naar de kinderopvang. Het park is nog in aanbouw en pal achter ons wordt flink gewerkt om nieuwe huisjes te kunnen plaatsen. Maar ach, dat overleven we wel. 

Voor onze omgeving is het even wennen. De vooroordelen over wonen op een vakantiepark vliegen ons om de oren. 'White trash' , 'de familie Rens', 'dan zit je zeker tussen allemaal Polen', horen we zoal. Af en toe zie ik een meelijwekkende blik. Een dag na de verhuizing, krijg ik een appje. ,,Hebben jullie al een vakantiegevoel?'' We staan op dat moment ons oude huis te boenen. 

Wonen op een vakantiepark. Inmiddels zitten we er een week of drie en mogen we ons toch wel ervaringsdeskundigen noemen. Eerlijk gezegd, is chalet 109 niet meteen ons nieuwe thuis. Als het hard waait, en dat doet het de laatste tijd nogal vaak, kleppert er van alles. En de bouw aan de chalets pal achter ons begint ook in het weekend stipt om zeven uur 's ochtends. Door de werkzaamheden op het park hebben we altijd modder aan onze schoenen. Als mijn vriend in de keuken staat, moet ik uit de buurt blijven wegens gebrek aan ruimte. Ik poets me suf want op zo'n klein oppervlak is het heel snel vies. En ik ben de eerste zaterdag zeven keer op en neer gelopen naar de wasmachine, er is slechts één in functie voor het hele park, waardoor hij de hele dag bezet is. 

Maar langzaamaan begint het te wennen. Het geklepper plakken we dicht met tape, wat zeer bevorderlijk is voor onze nachtrust. We genieten van ons eerste echte gazonnetje, waar laatst een konijn over hupste. Het gratis parkeren van onze auto voor de deur is een luxe. Onze dochter fietst met veel plezier over de bemodderde paden. De kapper in Zwanenburg bezoeken is een belevenis. En een rondje rennen door de natuur is echt leuker dan door de stad. 

Eigenlijk houd ik helemaal niet van vakantieparken. Dat was ik even vergeten. Maar ach, er zijn ergere plekken op de wereld. En een avontuur is het. Wat zullen we straks genieten van een nieuw huis, dat in onze ogen vast een villa is. :-)