zondag 9 augustus 2015

'Gewoon Malín'

Vol verwachting pakt ze 'de verrassing' uit die ik zojuist uit de kast heb gepakt. Zomaar een cadeautje, dat is nog eens leuk. Als ze het papier eraf scheurt, roept ze blij: ,,een boek, voorlezen''! 

Het boek gaat over Saar. En er is iets bijzonders met Saar. Ze wordt namelijk grote zus. Als het boek uit is, vertellen we onze dochter dat ook zij grote zus wordt. Net als Saar. Dat mama een baby in de buik heeft. Verwonderd kijkt ze me aan. ,,Vind je dat leuk'', vraag ik. ,,Ja'', mompelt ze. Maar als vrij snel erna zegt ze: ,,ik wil geen grote zus zijn, ik ben gewoon Malín''. 

Mijn vriend en ik kijken elkaar aan. Zou ze het niks vinden, een broertje of zusje? Dat kan natuurlijk, het is toch heel wat voor een peuter. We kletsen nog even door. Ze wil mijn buik bekijken. Aait er even overheen. En dan klinkt het nogmaals: ,,als de baby er is, wil ik gewoon Malín zijn''. 

Ik moet lachen, want ik realiseer me dat ze het fenomeen 'grote zus' nog niet snapt. Dat ze denkt dat ze dan ineens heel iemand anders moet zijn. ,,Natuurlijk blijf je gewoon Malín lieve schat'', verzeker ik haar.  

Inmiddels lijkt ze al iets meer aan het idee gewend. ,,Ik wil graag een broertje én een zusje'', zegt ze als we vragen wat ze wil. Ze geeft kusjes op mijn buik, voert gesprekjes met 'haar baby' door mijn navel en komt thuis van de opvang met een tekening voor papa en mama én een speciaal exemplaar voor haar toekomstige broertje of zusje. 

Ook al is het straks vast en zeker wennen, ik weet zeker: het komt wel goed met die 'grote zus'. 






zaterdag 8 augustus 2015

E-bike

,,Ik ga een e-bike kopen'', zeg ik tegen mijn collega. ,,Een e-lek-tri-sche fiets?'', vraagt hij met een gezicht vol afgrijzen. ,,Die heeft mijn moeder ook net gekocht. Dat is toch alleen voor oude mensen?''

Ik moet bekennen dat ik er nog geen half jaar geleden ook zo over dacht. Tot ik op IJburg ging wonen. Waaiburg noemen ze het ook wel. Het waait hier altijd een paar windkrachtjes meer dan in de rest van de stad. Ik had er al rekening mee gehouden dat het niet mee zou vallen, de fietsafstand tussen huis en werk. Meer dan 10 kilometer grotendeels onbeschut met twee flinke bruggen. Ruim 35 minuten stevig doortrappen op mijn zware mamafiets. Ik deed het dapper de afgelopen maanden. Als het mooi weer was, maar vooral als het niet te hard waaide. Vaker nog pakte ik de auto. Dan was ik ook eerder op de kinderopvang. Maar voelde me hierdoor toch wat lui.

Steeds vaker kwam de optie van een e-bike voorbij. Toen ik me er iets meer in ging verdiepen, bleken het helemaal niet meer alleen van die oudelullenfietsen te zijn. Mijn zwager heeft er bijvoorbeeld ook eentje en dat is een van de sportiefste personen die ik ken. Je hebt tegenwoordig hele hippe exemplaren en het valt bijna niet op dat ie elektrisch is. Geen touwtje waar je aan moet trekken, maar een platte batterij op de bagagedrager. Met een kinderzitje er bovenop zie je er niks meer van. 

En zo begon ik langzaam aan het idee te wennen dat het misschien toch wel iets voor me is. Na een bezoek aan de fietsenwinkel was het raak. Bij de kassa stond ie te lonken. Een matzwarte Sparta (jawel) Pickup. Met een rekje voorop. De fietsenmaker zag me kijken en haalde me over een proefritje te maken. Daar ging ik. Op een winderige middag. Als een speer de brug over. En zelfs zonder motortje fietste hij nog lekker. Ik was verkocht.

,,Wacht maar, ik haal jullie straks allemaal in'', verzeker ik mijn collega's. En dat imago, daar werk ik nog wel aan. Waarop er eentje geruststellend zegt: ,,Voor mij blijf je gewoon Judith hoor''.