Hij draagt een rode hoodie. Op de trui staan elf puntjes en de tekst It giet oan. Woorden waar mijn Friese hart sneller van gaat kloppen. Maar dit keer is het geen 200 kilometer op de schaats - zouden we die ooit nog eens krijgen - maar een zwemtocht langs de elf steden.
Olympisch kampioen Maarten van der Weijden krijgt een luid applaus als hij aankomt bij het hoofdkantoor van KWF in Amsterdam. Nog even bloedprikken voor allerlei onderzoeken die op hem worden losgelaten en dan kan hij beginnen aan zijn 'trainingsrondje' van 143 kilometer. Ruim anderhalve dag nonstop zwemmen van Amsterdam naar Leeuwarden ter voorbereiding op de tocht der tochten die hem in augustus te wachten staat.
De verpleegkundige van het OLVG weet niet wat haar overkomt. ,,Ik dacht dat er 'wat' foto's genomen zouden worden'', zegt ze blozend als ze alle camera's op haar en de zwemkampioen ziet gericht. Wonderwel prikt ze in één keer goed. ,,Ik trilde nét niet erg genoeg'', zegt ze zichtbaar opgelucht terwijl Maarten nog een bruin kadetje met kaas wegkauwt.
In de hal spreek ik het brein achter de supersonische zwembril die speciaal voor dit avontuur is ontwikkeld. Met behulp van licht worden de juiste stofjes aangemaakt die hem wakker en actief moeten houden in de nachten, vertelt deze man. ,,Maar je kunt hem er ook slaperig mee maken.'' Het is namelijk de bedoeling dat Maarten ook een powernap gaat doen van twintig minuten op een speciaal gemaakt vlot met een waterbed. Interessante materie. Ik vraag me af of je er ook kleine kinderen mee in slaap kunt krijgen.
Dan komt Maarten naar buiten in zijn strakke wetsuit. Een bijzonder exemplaar, onder meer voorzien van een rits bij zijn kruis zodat hij onderweg zijn behoefte kan doen. Ook heeft hij er eentje met warmtesensoren, maar die is nog niet klaar voor gebruik. In plaats daarvan slikt hij thermopillen om warm te blijven in het toch nog best koude water. ,,Heb je die thermometer al ingeslikt'', hoor ik iemand hem vragen. ,,Nee, dat doe ik morgen'', zegt hij. We hebben hier overduidelijk te maken met een bijzonder experiment.
Op weg naar het water loop ik met hem op en constateer ik hoe lang hij is. Ik vraag of hij last heeft van zenuwen. Hij oogt zo relaxed. Dat is hij ook, verzekert hij me.
Ik probeer me voor te stellen hoe het is, zo lang zwemmen. Wat een ongelofelijke drive heb je dan. Hij heeft ook nog eens flinke tegenwind. Maar zelfs dat lijkt hem niet te deren. ,,Die golfjes kan ik wel hebben.''
Als Maarten in het water ligt, vertelt hij nog een keer waar hij het allemaal voor doet. Als ex-kankerpatiënt wil hij zoveel mogelijk geld inzamelen voor kankeronderzoek. De directeur van het KWF noemt hem een inspiratiebron voor velen.
Dezelfde avond lig ik zelf in het water voor mijn reguliere baantjes. In een zwembad welteverstaan, want zwemmen in open water is niks voor mij (tenzij het water azuurblauw is). Ik denk aan Maarten die al uren op weg is en nu ergens op het Markermeer tegen de wind in zwemt. Naast me hupsen de dames van de aquagym op en neer. Wat een contrast.
Na een half uur houd ik het voor gezien. Ik denk aan Maarten, die nog zo'n 36 uur heeft te gaan tegen de wind in richting Friesland. Volgens zijn woordvoerder fantaseert hij alweer over een nog uitdagender avontuur. En dat alles voor een betere en gezondere wereld. Ik heb er maar één woord voor: respect.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten